Onderweg naar verder en nooit meer
Fiets ik nietsvermoedend
door de straten
Mijn fietstassen gevuld met zoveel meer dan ik verteer
En onbestemd
om wie mij heeft verlaten
Ik heb het pas heel laat in de gaten
Dat er iets in rammelt in mijn tas
Iets dat niet bedoeld is
om te fietsen door de straten
In de fietstas tussen broccoli en prei
Zit per ongeluk een stukje jij
DNA in een zakje, een doosje vol met as
Een eigenwijs klein bakje
Dat eens mijn vader was
Vanuit een doosje sla jij de wereld gade
Ik wou je zo graag dragen in een ring
Je viel bijna uit mijn tas toen ik je uit wou laden
Maar goed dat ik je net op tijd weer ving
In een paars fluwelen zakje
Fiets je mee op je gemakje
En je grinnikt toch maar
om mijn stommiteit
En ik omhels je, ook al ben je slechts wat stukjes in een bakje
En we lachen
om onze gekkigheid
In de fietstas tussen broccoli en prei
Zit per ongeluk een stukje jij
DNA in een zakje, een doosje vol met as
Een eigenwijs klein bakje
Dat eens mijn vader was